IK DOE HET OM MEZELF TE BEWIJZEN
Wat kan iemand bezielen om een uitputtende inspanning te leveren? Waarom doen we zoiets als een halve / hele marathon lopen? Of een andere extreme inspanning volbrengen, op welk vlak dan ook? Waarom zijn we soms zo onverbeterlijk competitief en willen we ons graag meten met een ander?
Waarom heb ik met mijn fietsmaten op één dag 3x de Mont Ventoux beklommen met de racefiets?
Ik ben een fervent racefietser. Ik houd er van om lekker intensief sporten. Zo kan ik ontladen, mijn hoofd leeg maken, de energie door mijn lijf laten stromen en genieten van alle landschappen waar ik doorheen rijd. En wat is er leuker dan dat samen te doen in een groep met gelijkgestemde fietsfanaten. Zo zijn we een keer met ons clubje c.c. ZZOEV (Zwolle Zuid Omhoog En Vooruit) naar Zuid Frankrijk gegaan om de Mont Ventoux te beklimmen. Die bekende en beruchte ‘kale berg’ uit de Tour de France. Eén keer beklimmen? Nee; maar liefst 3x op één dag. Da’s gewoon gekkenwerk!
Het riep de vraag op waarom we dit eigenlijk doen. “Ik doe het om mezelf te bewijzen”, zei een van mijn fietsmaten. Dat vind ik een interessant antwoord. Het haakte aan me. Hoewel ik aan de oprechtheid van zijn antwoord niet twijfel, en ik mezelf er ook in herken, zit er volgens mij toch een dubbele bodem in. Want heel stilletjes worden de kostbare fietsen, de klimtijden, de snelheden, de individuele voorkeuren voor de bandenspanning en het gebruikte verzet zonder al te veel woorden met elkaar vergeleken. Met vragen die niet hardop gesteld worden. Hoe doe ik het ten opzichte van jou? Kom ik mee met de rest? Wie rijdt er voor mij en wie is er achter mij? Waar sta ik in dit groepje?
We zijn soms onverbeterlijk competitief. Dat zal vast een overblijfsel in ons zijn vanuit de oertijd, toen alleen de sterksten konden overleven. Maar mensen zijn ook relationeel. Presteren is nu vooral een vorm om erkenning en waardering te oogsten. En om je plaats te bepalen of te weten ten opzichte van de ander.
“Ik doe het om mezelf te bewijzen.” Dat klopt en ook weer niet helemaal. We ontkomen er niet aan om ons te vergelijken met de ander. We beoordelen onszelf stilletjes ten opzichte van die ander. We meteen ons af aan elkaar.
Ik heb mijn doel op die dag gehaald; op de racefiets 3x de reus van de Provence bedwongen. Ik heb mezelf bewezen. En…, met een voldane glimlach kan ik zeggen dat ik nog redelijk goed kan meekomen met de rest. Stilletjes genoot ik van de complimenten en de waarderingen die ik hiervoor kreeg.
Waarom ik dit stukje plaats? Je hoeft echt niet de loftrompet voor me uit te steken. Voor mij is het goed zo. Ik ben er wel benieuwd naar of jij herkent dat in “Ik doe het om mezelf te bewijzen” misschien wel een dubbele laag zit. Dat hoeft niet alleen in het sporten te zijn. Het kan ook zijn in bijvoorbeeld je werk. Misschien wel in alles waarin jij je vergelijkt met de ander. In een zoeken naar erkenning.
Ik pak mijn fiets weer en ga lekker rossen. Even mijn hoofd leeg maken en genieten van alle landschappen.